Verwijzende rechter: Hof van beroep Brussel
Moeten de punten 1 en 5 van artikel 2, lid 2, van verordening nr. 1924/2006 aldus worden uitgelegd dat de termen „bepaalde eigenschappen” en „een levensmiddelencategorie, een levensmiddel of een bestanddeel daarvan” aanwijzingen bevatten met betrekking tot de frequentie van inname en/of de wijze van toediening?