Verwijzende rechter : Raad van State
“Moeten de artikelen 18 tot en met 23 van richtlijn (EU) 2019/790 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 inzake auteursrechten en naburige rechten in de digitale eengemaakte markt en tot wijziging van richtlijnen 96/9/EG en 2011/29/EG aldus worden uitgelegd dat zij zich ertegen verzetten dat de naburige rechten van statutaire personeelsleden op prestaties die worden geleverd in het kader van de arbeidsverhouding, bij een bestuursrechtelijke regeling worden overgedragen?