Herstelwet taal gerechtszaken (20 maart 2019)

Wetsvoorstel van 20 maart 2019 tot wijziging van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.

Sinds de eerste Potpourriwet worden de meeste vormgebreken in gerechtszaken bestraft met een relatieve nietigheid. In 2018 werd deze sanctie ook ingevoerd voor taalvereisten. Hierbij werd echter uit het oog verloren dat de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken geen “normale” vormvereisten behelst. De taalregels vormen in ons huidige federale bestel essentiële regels, noodzakelijk voor het bewaren van het principe van de eentaligheid in het Vlaamse gewest. Men kan deze vormvereisten dus niet op gelijke voet plaatsen met andere vormvereisten. Dit wetsvoorstel herstelt daarom de absolutie nietigheid als sanctie voor het schenden van de wettelijke taalvereisten in gerechtszaken.

File: